Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

Geïndividualiseerde therapie voor DM II

Nieuws - 3 okt. 2012

De European Association for the Study of Diabetes (EASD) en de American Diabetes Association (ADA) hebben nieuwe richtlijnen gepubliceerd over de behandeling van type 2 diabetes, waarbij voor het eerst de patiënt centraal staat in de klinische besluitvorming. De richtlijnen zijn gepresenteerd bij de jaarlijkse meeting van de EASD in Berlijn (1-5 oktober).
 

Het nieuwe position statement is minder normatief dan vorige richtlijnen, pleit voor meer betrokkenheid van de patiënt en geeft advies over de rationele benadering voor therapiekeuze. Voor deze keuze moet het beste beschikbare bewijs uit de literatuur worden gecombineerd met de expertise van de arts en de voorkeuren van de patiënt zelf.
 

De nieuwe aanbevelingen pleiten niet alleen voor geïndividualiseerde interventies bij type 2 diabetes, maar stellen ook de individuele doelen ter discussie. Waar algemene aanbevelingen over de intensiteit van glykemische therapie zich in het verleden richtten op een HbA1c streefwaarde onder de 7%, benadrukt de nieuwe verklaring het pragmatische standpunt dat doelstellingen moeten worden geïndividualiseerd. Bij het precieze glycemische doel moet rekening worden gehouden met verschillende factoren, waaronder de houding van de patiënt en het verwachte effect van de behandeling, het risico dat mogelijk samenhangt met de glykemie en andere bijwerkingen, de duur van de ziekte, de levensverwachting, andere co-morbiditeit, vastgestelde vasculaire complicaties, en de eigen middelen en ondersteuning van de patiënt.
 

Het statement van de twee toonaangevende wetenschappelijke verenigingen in diabetesonderzoek geeft aan dat er behoefte is aan meer studies in specifieke subgroepen van mensen van verschillende leeftijden en met verschillende stadia van diabetes, om de verschillende mogelijke combinaties van glucoseverlagende therapieën te beoordelen.
 

Andere belangrijke punten uit de nieuwe richtlijnen:
 

  • Dieet, lichaamsbeweging en educatie blijven de basis van elk behandelingsprogramma voor type 2 diabetes.
  • Tenzij er contra-indicaties zijn, is metformine het optimale eerstelijns middel.
  • Na metformine zijn er beperkte gegevens beschikbaar om de behandeling te begeleiden. Combinatietherapie met 1 of extra 2 orale of injecteerbare middelen is redelijk, met als doel het minimaliseren van bijwerkingen waar mogelijk.
  • Uiteindelijk zullen veel patiënten insulinebehandeling nodig hebben, alleen of in combinatie met andere middelen, om glucosecontrole te houden.
  • Uitgebreide cardiovasculaire risicoreductie moet een belangrijke focus van de behandeling zijn.


De nieuwe richtlijnen zijn gepubliceerd in Diabetologia: EASD ADA position statement

Deel deze pagina met collega's en vrienden: