Vrouwen hebben minder kans gereanimeerd te worden door omstanders bij hartstilstand
Nieuws - 8 mrt. 2016Vrouwen hebben minder kans om gereanimeerd te worden voor hartstilstand door omstanders dan mannen, meldt de European Society of Cardiology vandaag, op Internationale Vrouwendag.
“Er is een misvatting dat vrouwen geen hartproblemen hebben, dus krijgen ze minder hulp van omstanders en ze worden niet hetzelfde behandeld door artsen,” zegt Dr. Nicole Karam, een interventiecardioloog in het Europese Ziekenhuis Georges Pompidou in Parijs, Frankrijk.
De studie includeerde alle 11420 patiënten die buiten het ziekenhuis een hartstilstand hadden in Parijs en de omliggende voorsteden tussen 2011 en 2014. Gegevens over hoe de patiënten werden behandeld werden vastgelegd in een prospectief register bij het Sudden Death Expertise Centre (SDEC).
De onderzoekers vonden dat 40% van de plotselinge hartstilstanden optrad in vrouwen. Omstanders waren vaker aanwezig wanneer een hartstilstand optrad in vrouwen dan in mannen, maar slechts 60% van de vrouwen ontving hulp en reanimatie, inclusief cardiopulmonale reanimatie (CPR) en gebruik van een automatische externe defibrillator (AED), ten opzichte van 70% van de mannen.
“Als een man een hartstilstand heeft was de kans kleiner dat er getuigen zijn, maar ze voerden vaker CPR uit,” zei dr. Karam. “Waarschijnlijk zijn mensen banger om CPR in vrouwen te doen omdat we er fragiel uit zien. Of ze geloven niet dat ze echt een hartstilstand heeft – hoewel we vonden dat 40% van de patiënten vrouw was.”
De onderzoekers vonden dat 18% van de vrouwen het ziekenhuis levend bereikte, ten opzichte van 26% van de mannen. Dr. Karam zei: “Hier kunnen we niet de schuld aan het slachtoffer zelf geven, omdat een hartstilstand per definitie plotseling optreedt. Patiënten zakken in elkaar, verliezen bewustzijn en kunnen zichzelf niet helpen. Omstanders helpen vrouwen vaak niet, waarschijnlijk omdat ze niet geloven dat het een hartstilstand is, en de medische diensten haasten zich minder naar het cathetherisatielaboratorium voor een angiogram. Bovendien wordt extracorporale membraanoxygenatie, een andere belangrijke factor in management van plotse hartstilstand, zes keer minder vaak uitgevoerd in vrouwen dan in mannen.
ESC richtlijnen bevelen aan dat, tenzij er een andere duidelijke oorzaak is voor hartstilstand (bijvoorbeeld een schotwond), alle patiënten een angiogram zouden moeten ontvangen om te controleren op coronaire arterieziekte, ongeacht hun geslacht. Maar de studie toonde aan dat van diegenen die levend het ziekenhuis bereikten, maar 40% van de vrouwen een angiogram kregen, ten opzichte va 60% van de mannen. Van de vrouwen die een angiogram kregen, had bijna de helft coronaire arterieziekte.
“onze studie toont aan dat vrouwen minder onderzoek en behandeling ontvangen dan mannen, ondanks dat de richtlijnen zeggen dat ze op dezelfde wijze behandeld moeten worden,” zei Dr. Karam. “Er is nog steeds een foutief geloof dat vrouwen geen coronaire arterieziekte krijgen. Maar wij vonden dat coronairlijden de oorzaak was van plotse hartstilstand was in een derde van de vrouwen die een angiogram kregen. Dus de angiograms waren geen tijdverspilling.”
Ze voegde toe: “Een eerdere studie in ons ziekenhuis liet zien dat slachtoffers van hartstilstand hadden de dag ervoor symptomen, inclusief flauwvallen, blackouts, duizeligheid, pijn op e borst en kortademigheid. Vrouwen hebben de neiging te denken dat ze zicht de pijn of symptomen inbeelden, of besluiten er later iets mee te doen. Maar vrouwen moeten beter naar hun lichaam luisteren als ze pijn op de borst hebben; ga naar de dokter, en snel.”
Dr. Karam concludeerde: “De frequentie van coronairlijden in vrouwen neemt toe dus het is niet langer een ‘mannenprobleem’. Hartstilstand is geen zeldzaam event in vrouwen – in onze studie trad vier van elke 10 hartstilstanden op in vrouwen. Als het gebeurt, moeten artsen vrouwen net zo behandelen als ze bij mannen zouden doen. We kunnen alleen de overleving van vrouwen na hartstilstand verbeteren als artsen, spoeddiensten, de omstanders en vrouwen zelf accepteren dat het iedereen kan overkomen, ongeacht geslacht.”
“Er is een misvatting dat vrouwen geen hartproblemen hebben, dus krijgen ze minder hulp van omstanders en ze worden niet hetzelfde behandeld door artsen,” zegt Dr. Nicole Karam, een interventiecardioloog in het Europese Ziekenhuis Georges Pompidou in Parijs, Frankrijk.
De studie includeerde alle 11420 patiënten die buiten het ziekenhuis een hartstilstand hadden in Parijs en de omliggende voorsteden tussen 2011 en 2014. Gegevens over hoe de patiënten werden behandeld werden vastgelegd in een prospectief register bij het Sudden Death Expertise Centre (SDEC).
De onderzoekers vonden dat 40% van de plotselinge hartstilstanden optrad in vrouwen. Omstanders waren vaker aanwezig wanneer een hartstilstand optrad in vrouwen dan in mannen, maar slechts 60% van de vrouwen ontving hulp en reanimatie, inclusief cardiopulmonale reanimatie (CPR) en gebruik van een automatische externe defibrillator (AED), ten opzichte van 70% van de mannen.
“Als een man een hartstilstand heeft was de kans kleiner dat er getuigen zijn, maar ze voerden vaker CPR uit,” zei dr. Karam. “Waarschijnlijk zijn mensen banger om CPR in vrouwen te doen omdat we er fragiel uit zien. Of ze geloven niet dat ze echt een hartstilstand heeft – hoewel we vonden dat 40% van de patiënten vrouw was.”
De onderzoekers vonden dat 18% van de vrouwen het ziekenhuis levend bereikte, ten opzichte van 26% van de mannen. Dr. Karam zei: “Hier kunnen we niet de schuld aan het slachtoffer zelf geven, omdat een hartstilstand per definitie plotseling optreedt. Patiënten zakken in elkaar, verliezen bewustzijn en kunnen zichzelf niet helpen. Omstanders helpen vrouwen vaak niet, waarschijnlijk omdat ze niet geloven dat het een hartstilstand is, en de medische diensten haasten zich minder naar het cathetherisatielaboratorium voor een angiogram. Bovendien wordt extracorporale membraanoxygenatie, een andere belangrijke factor in management van plotse hartstilstand, zes keer minder vaak uitgevoerd in vrouwen dan in mannen.
ESC richtlijnen bevelen aan dat, tenzij er een andere duidelijke oorzaak is voor hartstilstand (bijvoorbeeld een schotwond), alle patiënten een angiogram zouden moeten ontvangen om te controleren op coronaire arterieziekte, ongeacht hun geslacht. Maar de studie toonde aan dat van diegenen die levend het ziekenhuis bereikten, maar 40% van de vrouwen een angiogram kregen, ten opzichte va 60% van de mannen. Van de vrouwen die een angiogram kregen, had bijna de helft coronaire arterieziekte.
“onze studie toont aan dat vrouwen minder onderzoek en behandeling ontvangen dan mannen, ondanks dat de richtlijnen zeggen dat ze op dezelfde wijze behandeld moeten worden,” zei Dr. Karam. “Er is nog steeds een foutief geloof dat vrouwen geen coronaire arterieziekte krijgen. Maar wij vonden dat coronairlijden de oorzaak was van plotse hartstilstand was in een derde van de vrouwen die een angiogram kregen. Dus de angiograms waren geen tijdverspilling.”
Ze voegde toe: “Een eerdere studie in ons ziekenhuis liet zien dat slachtoffers van hartstilstand hadden de dag ervoor symptomen, inclusief flauwvallen, blackouts, duizeligheid, pijn op e borst en kortademigheid. Vrouwen hebben de neiging te denken dat ze zicht de pijn of symptomen inbeelden, of besluiten er later iets mee te doen. Maar vrouwen moeten beter naar hun lichaam luisteren als ze pijn op de borst hebben; ga naar de dokter, en snel.”
Dr. Karam concludeerde: “De frequentie van coronairlijden in vrouwen neemt toe dus het is niet langer een ‘mannenprobleem’. Hartstilstand is geen zeldzaam event in vrouwen – in onze studie trad vier van elke 10 hartstilstanden op in vrouwen. Als het gebeurt, moeten artsen vrouwen net zo behandelen als ze bij mannen zouden doen. We kunnen alleen de overleving van vrouwen na hartstilstand verbeteren als artsen, spoeddiensten, de omstanders en vrouwen zelf accepteren dat het iedereen kan overkomen, ongeacht geslacht.”
Deel deze pagina met collega's en vrienden: