Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

Nephrology: Update 10

Literatuur - D.J. de Jager, epidemioloog, F.W. Dekker, epidemioloog, M.G.Vervloet,internist-nefroloog


Review: Niet-cardiovasculaire mortaliteit bij CKD: een epidemiologisch perspectief.

Dr. D.J. de Jager, epidemioloog LUMC
Prof. Dr. F.W. Dekker, epidemioloog LUMC
Dr. M.G.Vervloet,internist-nefroloog VUMC


Nephrology update 10: From science to clinical practice. Augustus 2014
Editor Dr.Y.M. J. Sijpkens, Internist-nefroloog Bronovo ziekenhuis, Den Haag


Inleiding

Chronische nierziekte (CKD) vormt een veelvoorkomend gezondheids probleem met een prevalentie bij volwassenen in Azië, Australië, Europa en de Verenigde Staten (VS) van 10-16%. CKD gaat gepaard met een verhoogde morbiditeit, zoals hypertensie en dyslipidemie, en verhoogde mortaliteit. De verhoogde mortaliteit is goed gedocumenteerd bij patiënten met eindstadium nierziekte (ESRD) maar ook bij degenen met vroegere stadia van CKD.

In een grote meta-analyse van de gegevens van 21 community-based cohorten uit de VS, Europa, Azië en Australië kwam naar voren dat een afgenomen geschatte glomerulaire filtratiesnelheid (eGFR) gepaard ging met een verhoogde mortaliteit. Vergeleken met de mortaliteit bij patiënten met een normale eGFR (90-104ml/min/1.73 m2) was de mortaliteit verhoogd bij patiënten met een eGFR van 60-75 ml/min/1.73 m2 en twee keer zo hoog bij degenen met een eGFR van 30-45 ml/min/1.73 m2. Het verband tussen de eGFR en de sterfte was onafhankelijk van de ernst van de albuminurie, leeftijd, geslacht, etniciteit, voorgeschiedenis van cardiovasculaire ziekte (CVD), systolische bloeddruk, diabetes, rookstatus en totaal cholesterolspiegel.

De grote impact van CVD bij CKD-patiënten, vooral bij degenen met ESRD, wordt algemeen erkend. Zo heeft linkerventrikeldysfunctie bij deze personen een hoge prevalentie. Bij CKD-patiënten blijkt regelmatig sprake te zijn van extra-cellulaire overbelasting, atherosclerose en vasculaire calcificatie. Er wordt verondersteld dat deze factoren bijdragen aan de toegenomen cardiovasculaire mortaliteit. Het is dan ook niet verrassend dat eerder onderzoek naar de mortaliteit bij CKD voornamelijk gericht was op de all-cause en cardiovasculaire mortaliteit.

Veel onderzoekers bestuderen de potentiële cardiovasculaire risicofactoren en ziektemechanismen. De afgelopen tijd komen er steeds meer aanwijzingen dat ook de niet-cardiovasculaire mortaliteit, onder andere door infecties en maligniteiten, is verhoogd bij CKD-patiënten. In dit artikel bespreken de auteurs zowel de cardiovasculaire als de niet-cardiovasculaire mortaliteit bij CKD, waarbij zij specifiek aandacht besteden aan studies naar niet-cardiovasculaire doodsoorzaken. Hierbij komen verschillende traditionele cardiovasculaire risicofactoren die geassocieerd lijken te zijn met niet-cardiovasculaire mortaliteit, aan bod. Voorbeelden zijn de spiegels van fetuïne-A, troponine T en C-reactief proteïne (CRP), alsmede vitamine-D-deficiëntie en proteïnurie. Potentiële pathofysiologische mechanismen, zoals ontstekingsreacties en uremische milieu, vormen een mogelijke verklaring voor de toegenomen cardiovasculaire en niet-cardiovasculaire mortaliteit bij CKD. Toekomstig onderzoek moet niet alleen gericht zijn op het voorkomen van cardiovasculaire mortaliteit, maar ook op het bestuderen van de niet-cardiovasculaire mortaliteit en het mogelijke overlap van de pathofysiologische pathways die ten grondslag liggen aan de toegenomen cardiovasculaire en niet-cardiovasculaire mortaliteit bij CKD.

Download Nephrology update 10.pdf

Deel deze pagina met collega's en vrienden: