Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

AFib Ablation Pilot: Effect van catheterablatie bij AF onderzocht

Literatuur - ESC München, Hot Lines III, 28 augustus 2012


AFib Ablation Pilot: ESC-EURObservational Research Programme: 1-year follow-up of the Atrial Fibrillation Ablation Conducted by the European Heart Rhythm Association
Gepresenteerd door: E Arbelo (Las Palmas De Gran Canaria, Spanje)
 


Achtergrond

Atriumfibrilleren is de meest voorkomende hartritmestoornis, terwijl de momenteel beschikbare farmacologische therapieën niet 100% effectief zijn en bijwerkingen hebben.
Symptomen de belangrijkste reden voor Afib ablatie, maar patiënten willen ook graag een leven zonder geneesmiddelen.  De belangrijkste ablatie strategie is de isolatie van de longaderen met additionele  lineaire en / of gefragmenteerde elektrogram ablatie in 10-20% van de patiënten.
De AFib Ablation Pilot Study is het eerste register om de dagelijkse diagnostische en therapeutische processen van AFib ablatie in Europa te evalueren. Het is een prospectieve, multicenter, 12-maanden observationele studie waarin 1410 patiënten uit 10 verschillende Europese landen werden geïncludeerd (België, Tsjechië, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Italië, Nederland, Polen en Spanje). Resultaten van de ziekenhuisfase van de studie zijn vorig jaar gepresenteerd tijdens de ESC en lieten zien dat tweederde van de patiënten met catheterablatie paroxysmaal AF had en tot 40% had geen duidelijke onderliggende hartstoornis. Nu werden resultaten getoond van de 12-maand follow-upperiode.

Resultaten

  • Tijdens de studie bezocht 77% van de patiënten een ziekenhuis voor beoordeling;  bij de 12-maanden follow-up was 42% van de evaluaties per telefoon.
  • Meer dan de helft van de onderzoekspopulatie werd asymptomatisch na de ablatieprocedure (op baseline  waren symptomen aanwezig in 90% van de patiënten).
  • 76% van de patiënten kreeg een periodiek ECG om herhaling van de aritmie te documenteren; slechts 50% van de patiënten had Holter monitoring.
  • Een derde van de patiënten had een transthoracaal echocardiogram tijdens follow-up. Andere tests zoals cardiale CT of MRI waren zeldzaam.
  • Bijna 20% van de patiënten had een tweede ablatieprocedure.
  • Na 12 maanden nam ongeveer de helft van de onderzochte populatie anticoagulantia en 43% antiaritmica. Bij ontslag waren aan  97% van de patiënten anticoagulantia voorgeschreven en anti-aritmische medicatie aan 67%.
  • De procedure werd als succesvol beschouwd in 74% van de patiënten, wat betekent dat er geen gedocumenteerde aritmieën waren 3 maanden na de procedure. Iets meer dan 50% van de patiënten nam echter nog steeds antiaritmica.
  • Complicaties tijdens het eerste jaar na de ablatie waren zeldzaam (2,6%), en met name met betrekking tot cerebrovasculaire aandoeningen (0,54%) of vasculaire letsels (0,71%). Er waren vier sterfgevallen: een secundair aan hersenbloeding, een vanwege een niet-cardiovasculaire oorzaak en twee van onbekende oorsprong.



Conclusie

Catheterablatie voor AF is veilig en voorkomt het terugkeren van aritmie bij 74% van de patiënten na een enkele procedure. Aritmie-gerelateerde symptomen zoals hartkloppingen, kortademigheid, vermoeidheid of duizeligheid - aanwezig in 86% van de patiënten voor de ablatie - werden aanzienlijk verminderd.
"De informatie verkregen met het register weerspiegelt de dagelijkse praktijk in heel Europa," zei dr Arbelo. "Het is opmerkelijk om te zien hoe de meeste ziekenhuizen de resultaten van catheterablatie evalueren op een veel praktischer manier dan wat wordt aanbevolen voor klinische studies, waarbij ze zich vooral baseren op periodieke elektrocardiogrammen en af en toe Holter monitoring." De resultaten geven geen duidelijke definitie hoe een succesvolle procedure wordt gedefinieerd - door het verdwijnen van de symptomen of het ontbreken van aritmieën zonder anti-aritmica.

Deel deze pagina met collega's en vrienden: