Cardiovasculaire Geneeskunde.nl

Intensieve bloeddrukverlaging goed ter preventie acuut gedecompenseerd HF

Literatuur - Upadhya B, et al, Circ Heart Fail, 2017

Effect of Intensive Blood Pressure Treatment on Heart Failure Events in the Systolic Blood Pressure Reduction Intervention Trial

 
Upadhya B, Rocco M, Lewis CE, et al, for the SPRINT Research Group
Circ Heart Fail. 2017;10:e003613
 

Achtergrond

Hypertensie is de belangrijkste risicofactor voor het ontwikkelen van verslechterend hartfalen (HF) [1]. Intensieve bloeddruk (BP) -verlaging bij HF-patiënten wordt echter geassocieerd met tegenstrijdige resultaten, wat varieert van een 38% risicoreductie op acuut gedecompenseerd HF (ADHF) tot significante toenames in MACE, met name bij lage diastolische bloeddrukwaardes [2-4]. Dit is wellicht het gevolg van de verschillende effecten van intensieve bloeddrukverlaging bij verschillende patiëntensubgroepen, zoals bijvoorbeeld de ouderen, vrouwen of donkere personen.
 
In deze analyse van de SPRINT studie, welke vroegtijdig werd beëindigd vanwege de gunstige effecten van intensieve behandeling op de primaire uitkomst, werd het relatieve risico op het ontwikkelen van ADHF bestudeerd in voorgespecificeerde subgroepen. Daarnaast werden de impact van intensieve BP-verlaging op ADHF en de voorspellers van incidenteel ADHF in deze subgroepen bepaald.
 

Belangrijkste resultaten

  • In de standaard behandelingsarm kwamen 103 gevallen van ADHF voor bij 4.683 (2.2%) patiënten en dit waren 65 gevallen bij 4678 (1.4%) patiënten die intensief behandeld werden (HR voor ADHF gestratificeerd op ziekenhuis 0.63, 95% CI 0.46-0.85, P=0.003).
  • De scheiding van ADHF events tussen de groepen was na 6 maanden evident.
  • De number needed to treat (NNT) om een ADHF event te voorkomen tijdens een mediane studieduur van 3.29 jaar, was 130.
  • Onafhankelijk van de behandelarm waren patiënten die ADHF ontwikkelden over het algemeen ouder, hadden vaker chronische nierziekte (CKD), verhoogde albuminuria en een lagere geschatte glomeruli filtratiesnelheid (eGFR) op baseline, alsmede klinische cardiovasculaire ziekte (CVD) en lagere diastolische bloeddruk (DBP) op baseline.
  • Ras en geslacht waren vergelijkbaar in de ADHF en niet-ADHF groepen in beide behandelarmen.
  • Univariate voorspellers voor het ontwikkelen van ADHF waren: randomisatie voor behandelarm (HR intensieve behandelarm 0.63, 95% CI 0.46-0.85, P=0.003), leeftijd ≥75 jaar (HR 2.93, 95% CI 2.12—4.10, P<0.001), CKD (HR 2.71, 95% CI 1.97-3.73, P<0.001) en voorgeschiedenis met CVD (HR 2.37, 95% CI 1.70-3.29, P<0.001).
  • In multivariabele analyses die behandelarm includeerden, waren baseline covariaten die voorspellend waren voor de ontwikkeling van ADHF: leeftijd ≥75 jaar (HR 2.35, 95% CI 1.59-3.48, P<0.0001), CKD (HR 2.14, 95% CI 1.54-2.99, P<0.0001), voorgeschiedenis met CVD (HR 2.02, 95% CI 1.43-2.81, P<0.0001), hogere systolische bloeddruk op baseline (HR 1.16, 95% CI 1.04-1.30, P=0.008), hogere BMI (HR 1.04, 95% CI 1.02-1.07, P=0.002), rookstatus (HR 1.66, 95% CI 1.01-2.65, P=0.038) en lagere DBP op baseline (HR 0.80, 95% CI 0.68-0.95, P=0.012).
  • Patiënten met incidenteel ADHF hadden een significant verhoogd risico op opvolgende cardiovasculaire events en sterfte, ongeacht behandelarm, geslacht en leeftijd, CDK en voorgeschiedenis met CVD op baseline.
  • 29% van de patiënten met een incidenteel ADHF event hadden ten minste 1 opvolgend ADHF event (28% in de standaard behandelarm en 29% in de intensieve behandelarm; HR 0.93, 95% CI 0.50-1.67, P=0.81).
  • De meest significante baseline voorspellers voor ADHF events waren donker ras en CKD.
 

Conclusie

In alle voorgespecificeerde subgroepen van de SPRINT studie met patiënten die een hoog risico op cardiovasculaire events hadden en waarbij gestreefd werd naar een SBP van <120 mmHg, was het risico op het ontwikkelen van ADHF met 36% verlaagd, ten opzichte van een streefwaarde van <140 mmHg. ADHF-patiënten hadden een significant hoger risico op sterfte en cardiovasculaire events. Deze resultaten benadrukken het belang van intensieve bloeddrukverlaging om ADHF te voorkomen.
 
Vind deze publicatie online op Circ Heart Fail
 

Referenties

1. Owan TE, Hodge DO, Herges RM, et al. Trends in prevalence and outcome of heart failure with preserved ejection fraction. N Engl J Med. 2006;355:251–259.
2. Wright JT Jr, Williamson JD, Whelton PK, et al. A Randomized Trial of Intensive versus Standard Blood-Pressure Control. N Engl J Med. 2015;373:2103–2116.
3. Benetos A, Zureik M, Morcet J, et al. A decrease in diastolic blood pressure combined with an increase in systolic blood pressure is associated with a higher cardiovascular mortality in men. J Am Coll Cardiol. 2000;35:673–680.
4. Somes GW, Pahor M, Shorr RI, et al. The role of diastolic blood pressure when treating isolated systolic hypertension. Arch Intern Med. 1999;159:2004–2009.

Deel deze pagina met collega's en vrienden: